web analytics

De curieuze en gruwelijke geschiedenis van de Friezen (deel 178)

Anno 1420. Onder de geestelijkheid was bandeloosheid en onzedelijkheid schering en inslag. De monniken van Oldeklooster, berucht om hun oorlogszucht, trokken naar Ludingakerk, dat zich verbonden had met de Vetkopers.
Het klooster werd overvallen, de poort geramd en het klooster zou zijn overweldigd als niet toevallig de edelen Sikke Nijhuis, Sikke Gratinga en Gale Hania in het konvent aanwezig waren. De monniken uit Oldeklooster werden verjaagd, 99 van hen lieten het leven. Sikke Nijhuis sneuvelde, maar de aanvallers werden vervolgd tot Arum.

Bij het gevecht daar waren ook Gale Hania en Sikke Gratinga zwaar gewond geraakt. Na hun herstel zonden ze vijftig van de sterkste en ruwste monniken uit Ludingakerke om het Oldeklooster te overrompelen. De overval mislukte en slechts twee monniken werden gedood en aan een boom opgehangen.

Vele Schieringers vertikten het om hun zonen over te leveren aan de Vetkopers. Deze verzamelden zich nu te Hindelopen en slaagden er in om Stavoren bij nacht te overrompelen. Na vele onderhandelingen werd tenslotte in 1420 Jan van Beijeren erkend als Heer van Friesland.

Zulks betekende nog niet dat er vrede heerste. De verbonden en bestanden veranderden bij elke gelegenheid. De Schieringers hadden de Hollanders binnengehaald. De Vetkopers hielden zich zoveel mogelijk aan het verbond met de Groningers. Ze waagden zich op zwak ijs en het lukte hen om het slot te Lemmer te bemachtigen, waarbij de oude slotvoogd Floris van Alkemade sneuvelde: een grote klap voor Jan van Beijeren. Aan de andere kant heroverden de Schieringers de stad Leeuwarden, waarbij ook de stins van Agge Ubbema te IJpecolsga werd vernield.

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.fanvanfryslan.nl/wordpress/2015/06/de-curieuze-en-gruwelijke-geschiedenis-van-de-friezen-deel-178/