web analytics

De curieuze en gruwelijke geschiedenis van de Friezen (deel 141)

De Volkskrant kopte gisteren:

Prijsexplosie graan en soja: HONGER DREIGT.

 

(mais is al 50% duurder, tarwe 30% en soja 20%: het begin van verder stijgende voedselprijzen en -rellen in armere landen).
Deze aflevering over voedselschaarste in de Friese landen anno 1272, toont hetzelfde beeld: verviervoudigde prijzen voor granen, sterfte onder mens en vee, migratie, deelname (als soldaat) aan oorlogen, armoedeval rijkeren, daling waarde grond en opstallen…..

 

Anno 1272. Zeven lange jaren werd Friesland geteisterd door sterfte onder het rundvee. Ook waren al twee jaar de schapen getroffen door een onduidelijke ziekte. Er heersten grote tekorten, temeer omdat door het verbod van de Bisschop geen graan of andere eetwaren van andere gewesten kon worden gekocht.

Als er al iets te koop kwam, dan was de prijs inmiddels tot onbetaalbare hoogte gestegen. In plaats van brood gebruikte men eerst nog melkproducten als kaas, maar door de veesterfte was ook dat snel voorbij. Er heerste grote hongersnood, waardoor veel Friezen migreerden naar elders, terwijl anderen zich behielpen met het eten van kleine weegbree (een kruid).

Landerijen en opstallen daalden enorm in waarde en konden niet worden verkocht omdat eventuele kopers waren vertrokken of ook geen geld meer hadden.  Veel welvarende gezinnen vervielen tot de bedelstaf.

Tot geluk van de verbannenen stierf Bisschop Gerard. Zijn opvolger, Everhardus van Diest, was wat soepeler. Het kwam tot het verbond van Klein-Valderen. De geschillen werden bijgelegd. Maar helaas werd de veesterfte in Friesland tussen Lauwers en het Vlie des te heviger.

Intussen nam Graaf Floris V de wapens op tegen de West-Friezen. Een fors leger werd samengetrokken bij Alkmaar. Beveiligd door schutters en lansknechten trok een grote ploeg landarbeiders richting West-Friesland om daar de dijken te versterken en de wegen beter begaanbaar te maken. De gealarmeerde West-Friezen dreven de arbeiders terug, tot Graaf Floris zelf met de hoofdmacht van zijn leger kwam opdagen. De Friezen trokken zich terug tot aan Vronen en, gehergroepeerd, vielen ze de Hollanders in alle hevigheid aan. Het vluchtende grafelijke leger werd in de moerassige landerijen achtervolgd tot dwars door Almaar naar Heilo. Daar kregen de Hollanders vaste grond onder de voeten en ze vatten weer moed. Met hulp van de nu van nut zijnde ruiterij konden op 20 augustus de Friezen worden teruggeslagen.

Floris verloor in die slag bij Heilo vijfhonderd manschappen, waaronder ook de meest belangrijke ridders. De West-Friezen verloren ongeveer 800 manschappen. De oorlog tussen Graaf Floris en de Friezen ging nog jaren door.

 

 

Een bewerkt deel uit: Algemeene Geschiedenis van Friesland  (Steensma, 1845)

Correcties: schrijfspecialist Herman Hiemstra.

De skiednis hat skiere contouren, mar kint bloedreade slachfjilden.

 

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.fanvanfryslan.nl/wordpress/2012/07/de-curieuzen-en-gruwelijke-geschiedenis-van-de-friezen-deel-141/