web analytics

De curieuze en gruwelijke geschiedenis van de Friezen ( deel 124)

Anno 1215. Paus  Innocentius III stuurde aan op een volgende kruistocht en kreeg daarvoor de handen op elkaar. Op last van de Bisschop van Keulen predikte de toekomstige Bisschop Olivier deze boodschap ook in  Fryslân. Een groot aantal Friezen liet zich ‘zonden’ afkopen door aan deze  nieuw tocht mee te doen. Massaal verlieten mannen met steun van de priesters en offers op de offerblokken hun vrouw en kinderen om God te dienen en om een plaats in de hemel te verwerven.

Ook talloze kinderen trokken tevergeefs naar de havens om aan deze kruistocht mee te mogen doen. Zo gaat het verhaal dat – ondanks die weigeringen – een bende van 9.000 kinderen vanuit Duitsland te voet naar Genua trok. Op weg naar het Heilige Land en Jeruzalem, stierf het merendeel daarvan door honger en ziekten. Anderen werden vermoord of als slaaf verkocht aan de Saracenen.

31 mei 1217.  Friezen, West-Friezen en Kennemers staken ter kruistocht in zee met hun grote koggen; de Friezen vanuit de Lauwers, graaf Willem vanaf de Maas. De vloot verenigde zich later met de Engelse vloot onder bevel van George, Graaf van Wicht.

Al direct verloren de Engelsen verscheidene schepen in een storm, maar Graaf Willem kwam met zijn vloot behouden aan in de Spaanse havens. Daar verzocht de Bisschop hen te blijven om de Saracenen uit het Iberisch schiereiland te verdrijven. Later, in de haven van St.Maria werd men het eens om deze stad te bevrijden van de bezetting door de Saracenen. De Friezen slaagden erin om de stad binnen te dringen. Geschrokken door die woeste bendes openden de bezetters de poort om de kruisvaarders binnen te laten. Deze drongen de stad binnen, richtten een bloedbad aan onder de bezetters,maar plunderden daarna alles en staken tenslotte de stad in brand.

Een groot aantal kruisvaarders was- belust op buit- ook verder het land ingetrokken. Maar dezen werden onderweg overvallen en gedood door vluchtende Saracenen.

De overgebleven kruisvaarders trokken nu met hun schepen aan op de stad Kadix (het huidige Cadiz). Ook deze stad met de omliggende landhuizen- door de angstige Saracenen verlaten – werd geplunderd en  in de as gelegd.

Als gevolg van een hevige storm moesten 86 schepen van de Friezen en de Engelsen de havens van Sevilla aandoen. Ook vanuit de havens van Barcelona en St. Felice de Guixolis moest de vloot nog vele stormen verduren voordat eindelijk op 9 oktober 1217 de haven van Civita Vecchia in Italië kon worden bereikt.

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.fanvanfryslan.nl/wordpress/2012/01/de-curieuze-en-gruwelijke-geschiedenis-van-de-friezen-deel-124-2/