Anno 1181. Omstreeks dat jaar bestond er een talrijke, vermogende en machtige Friese adelstand.
In de talrijke adellijke geslachten waren er velen die zich onderscheidden met letterkundige of wel in krijgskundige bekwaamheden. Na in dienst te zijn geweest van de Koningen van Frankrijk, Engeland en Schotland, keerden geleidelijk aan terug naar it heitelân: Frans Roorda, Cyprianus Mekkama, Tako Ringia en Frans Aylva.
Ook het geslacht Reinalda, vertegenwoordigd door Ofko met zijn grote taalkundige kwaliteiten en Hoite Reinalda met grote moed en krijgskundige bekwaamheden, vergaarde in Frankrijk aanmerkelijke roem.
Na een aanslag op edelman Feiko Obbema was Tiete Homminga naar Frankrijk gevlucht. Daar kwam hij in de gunst van de Franse Koning. Ook hij -gevreesd door de Fransen, die hem de Friese duivel noemden – kwam nu naar Friesland terug.
Hessel Doekes Nartena, als legeroverste met tienduizend soldaten in dienst van Keizer Frederik Barbarossa, werd in de ridderstand verheven. De Keizer wilde Hessel koppelen aan de jongste dochter van de Graaf van Stolberg. Maar een zoon van de Graaf van Anhalt, verliefd op deze jonkvrouw, pleegde een moordaanslag op Hessel. Deze raakte zwaargewond, maar bleef in leven. Daarop liet de Keizer de dader ombrengen. Later volgde Hessel de Keizer op een krijgstocht naar Italië, waar hij in een veldslag bij Milaan sneuvelde. Op verzoek van Barbarossa nam een broer van Hessel, Doeko Martena, diens plaats in. Na vele jaren in dienst van de Keizer, kwam Doeko in het verre Azië om het leven.
Van de Friese adel aan het einde van de twaalfde eeuw stonden zeer gunstig bekend de geslachten: Burmania, Walta, Okkinga, Kammingha, Hermana, Ludinga of Ludigman, Adelen, Kempinga, Juwinga of Jonama, Donia, Douma, Galama, Liauckama, Bottinga of Bothnia, Goslingam Gratinga, Eijsinga, Hiddema, Heringa, Mokkama, Hobbema, Hania, Gerbranda, Hartman, Dekama, Sjaardena, Tjaarda, Tadema en Offingahuizen.
Velen van deze edelen hadden al hun stinsen of lieten die later bouwen. En vaak genoeg leidde hun rijkdom en bezit tot afgunst, onderlinge twisten en burger-opstanden.