web analytics

De curieuze en gruwelijke geschiedenis van de Friezen ( deel 110)

Anno 1132. De jonge en ongehuwde Floris de Zwarte –  in het bezit van de Friese Graafschappen Oostergo en Westergo –  begeerde de schone Hadewig (of Helwich), de enige dochter van Arnoud, heer van Richem. Toestemming voor het huwelijk verkreeg Floris  van de Keizer maar niet van de voogden van Hadewig: Herman van Arendsberg en Godfrid van Kuik.

De beledigde Floris zocht nu gelegenheid  zich te wreken op die voogden, broers van de Bisschop van Utrecht. De heren van Kuik, als kleinzonen van de moordenaar van Graaf Floris de Eerste,  waren ten zeerste gehaat.

De burgers van Utrecht waren Floris welgezind en daarom vestigde Floris zijn legermacht in die stad. Met plundertochten tegen zijn vijanden noodzaakte Floris de Bisschop  Andreas om Utrecht te ontruimen. Het slot Leksmonde werd in de as gelegd.

Anno 1133. Tijdens een jachtpartij nabij Utrecht werd Floris de Zwarte vermoord door de soldaten van Herman en Godfried van Kuyk.  De verbitterde Keizer Lotharius liet als straf het kasteel van Herman en Godfried vernietigen, en ze werden bovendien verbannen.

Graaf Diederik VI verdreef op zijn beurt de Bisschop uit het bisdom Utrecht waarna de landen van de gebroeders Kuik werden verwoest. Pas later, na de dood van Keizer Lotharius, kregen Herman en Godfrid hun landen terug van Graaf Diederik, maar nu als leen.

—————————————————————————————————————————————

Een bewerkt brokje uit: Algemeene Geschiedenis van Friesland (Steensma, 1845)

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.fanvanfryslan.nl/wordpress/2011/07/de-curieuze-en-gruwelijke-geschiedenis-van-de-friezen-deel-110/