web analytics

De curieuze en gruwelijke geschiedenis van de Friezen (deel 55)

Een opmerkelijk personage onder de vele predikers, die de Friezen probeerden over te halen tot het Christendom, was de monnik Winfrid. Omstreeks het jaar 715 kwam hij over uit Engeland en verzocht Koning Radbodus om in Friesland te mogen prediken. Deze wilde daar niets van weten. Pas na de dood van Radbout en op aandrang van Willebrordus en abdis Bugga, trok Winfrid op West-Friesland aan.

Inmiddels waren, na de zege van Karel Martel op de Friezen waarbij de meeste afgodstempels waren neergehaald, op die plaatsen kerken en gebedshuizen gebouwd. De bejaarde kerkvorst Willebrordus was zó geïmponeerd door het werk van Winfrid, dat hij hem het ambt van Bisschop te Utrecht aanbood. Winfrid ( 37 jaar) vond zichzelf te jong daarvoor en wees het aanbod af. Maar in 723 werd hij te Rome ontboden en de Paus Gregorius II verhief hem tot Bisschop met de naam Bonifatius.

Overal in west-Europa werd nu Bonifatius aanbevolen als raadsman, apostel en als voorbeeld tot navolging. Hij begaf zich eerst naar Hessen en Thuringen, waar hij de afgoderij uitroeide en kerken en kloosters liet bouwen. Na de dood van Gregorius II, kwam Bonifatius in de gratie bij Paus Gegorius III en werd Bisschop van Mentz. Later kreeg hij zelfs de titel van aartsbisschop om zo alle andere geestelijken te kunnen leiden en in te wijden.

De Friese Koning Adgillus II overleefde de grote nederlaag van de Friezen niet lang. Hij stierf in het jaar 737 en liet Friesland na aan twee zonen, Gondobaldus en Radbodus, en twee dochters, Sandacella en Conovella. De laatste trouwde met de Friese edelman Adelbricus uit Sexbierum.


 

Een bewerkt deel uit: Algemeene Geschiedenis van Friesland  (Steensma, 1845)

 


                              De OUDE FRIEZEN, archief

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.fanvanfryslan.nl/wordpress/2010/04/de-curieuze-en-gruwelijke-geschiedenis-van-de-friezen-deel-55/